De Zande in Beernem is een gesloten gemeenschapsinstelling voor 50 meisjes (onder bevoegdheid van Vlaams minister Van Deurzen). Meisjes worden hier gedwongen geplaatst door een jeugdrechter. Dit kan zijn doordat ze een misdrijf hebben gepleegd (MOF) of omdat ze zich in een verontrustende opvoedingssituatie bevinden (VOS). Vaak is het een combinatie van beide. De instelling zal in de toekomst evolueren naar alleen maar MOF. In elk geval worden deze ‘straffe madammen’ bij aankomst al hun persoonlijke bezittingen en kleren afgenomen, en worden ze in een leefgroep van 8 meisjes opgenomen. De deuren gaan op slot en er wordt geleefd volgens een heel strikt schema. Dit is voor de meesten die tot dan weinig tot geen structuur hebben al enorm confronterend.
Het doel van de instelling is uiteindelijk re-integratie in de maatschappij via hulpverlening. Ze doorlopen allemaal een heel traject van begeleiding en hulpverlening dat individueel aangepast is (gem 2 werknemers per meisje). Ze krijgen ook les intra muros, wat wel niet resulteert in een diploma, aangezien het beschouwd wordt als thuisonderwijs. Stap per stap krijgen ze meer vrijheden, een weekend naar huis, les buiten de muren, aankopen doen, uitstap… eerst met een begeleider, daarna eventueel alleen. Er wordt ook gewerkt aan de context (ouders/school). Dit traject wordt steeds gevalideerd door de jeugdrechter.